Begraafplaats uit de Urnenveldperiode.(1000-450 v.Chr.) In deze periode is
het gebruikelijk crematieresten in aardewerk potten te doen. Het Sittardse urnenveld
is tussen 650 en 450 v. Chr. in gebruik geweest. In totaal zijn zo'n 120 bijzettingen
gevonden. De tijd wordt aangeduid als de vroege Ijzertijd. Het grafveld is nagenoeg
compleet teruggevonden. Bij 10 graven zijn kringgreppels aangetroffen, een greppel
rondom een grafheuvel. De heuvel zelf is in de loop der eeuwen verdwenen, alleen
het spoor van de greppel blijft bestaan in de bodem. De grootste kringgreppel
had een doorsnede van 20 meter. Het merendeel van de graven waren zogenaamde
vlakgraven, graven zonder heuvel en ook enkele crematies, die niet in een urn
waren opgeborgen, maar in een soort jute zak. Ook trof men enkele bijgaven aan.
Het restant van een bronzen emmer- die gediend heeft als grafurn- is spectaculair
te noemen. Dit type emmers is vervaardigd in Noord-Italië. Er moet dus
op een of andere manier contact zijn geweest met het betreffende gebied. De
emmer bevatte de resten van een man van tussen de 30 en 60 jaar oud. Bij het
grafveld zijn bewoningssporen aangetroffen.
Literatuur:Adrie Tol, Opgravingen in het Hoogveld (gemeente Sittard), campagne
1998 in:Archeologie in Limburg nr. 81, september 1999.