In het jaar 1857 voltrok zich in vergelijking met het jaar 1677 een kleine ramp in Sittard: op 11 juni sloeg de bliksem in de barokke torenspits van de Grote Kerk. De daarop volgende brand vernielde de spits volledig!
De Roermondse architect Pierre Cuypers kreeg opdracht om een nieuwe spits te ontwerpen en om tegelijkertijd de hele kerk te restaureren. Cuypers was een voorvechter van de neogotiek. De gotiek die haar hoogtepunt kende in de periode voor de Reformatie, werd na het herstel van de kerkelijke hi?rarchie in 1853 om die reden in de tweede helft van de 19e eeuw het voorbeeld voor de nieuwe rooms-katholieke kerkelijke kunst. Cuypers wilde echter zo veel mogelijk aansluiten aan de Franse gotiek en ging voorbij aan regionale varanten zoals de Maaslandse gotiek.
Deze insteek van Cuypers heeft ervoor gezorgd dat de Grote Kerk luchtbogen heeft gekregen die er nooit hebben gezeten. Verder heeft hij onder de toren een toegang gemaakt terwijl die zich van oudsher aan de zijkant bevond. De toren heeft hij voorzien van een achthoekige opbouw en vier hoektorentjes. De toren heeft een tijdje "gepronkt" met een stompe afdekking op deze achthoek. Pas in 1875 kwam de nieuwe spits klaar en werd de Sittardse toren met zijn 81 meter de hoogste van Zuid-Limburg.
Andere veranderingen die zich in het voormalige Kapittelgebied voordeden, hingen samen met de groeiende rol van Sittard voor het onderwijs. De Ursulinen betrokken in 1843 het "Huis op de Berg" en bouwden dit uit tot een groot klooster- en scholencomplex. Ook de gemeente liet zich niet onbetuigd en bouwde in 1862 aan het Kloosterplein een stadsschool met onderwijzerswoning, het huidige Museum "Het Domein".
Andere verhalen over dit onderwerp:Periode 1857.